Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [11]Zult gij stelen, doodslaan en overspel bedrijven, en valselijk zweren, en Baal roken, en andere goden nawandelen, die gij niet kent? 11. Alsof de Heere zeide: Schaamt gij u niet zo huichelachtig en goddelooslijk te handelen?